Bofkont

‘Ooooh! Ik hoef er nog maar eentje!’ Met rode wangen van spanning en vermoeidheid zit mijn dochter over haar bingobriefje gebogen. Alleen nummer 58 nog, dan heeft ze de rij vol. Twee jaar geleden maakte de campingbingo in Bakkeveen zo veel indruk dat ik er hier in Dalfsen ook graag bij wilde zijn. Als Bingoman, duidelijk een man met ervaring, even later ‘G58’ door de zaal roept, kijkt dochterlief me verschrikt aan. ‘Mam! Wat moet ik nu doen?’

Bingoman - creatief met taal

Zo flitsend en modern als de vorige bingo was (voor zover mogelijk – het blíjft natuurlijk bingo), zo kneuterig en klunzig is deze. Het zaaltje is donker en muffig, er hangen oude, landelijke attributen en schilderijtjes aan de muren, de hele ruimte ademt truttigheid en toch zit het stampvol. Op het tafelkleedje staat een echte bingomolen, bediend door een man die dit vaker heeft gedaan, getuige de slechte grapjes waar de zaal toch steeds enthousiast op reageert. Voorafgaand aan de avond vertelt hij routineus waar je op de kaart de cijfers moet wegstrepen om te winnen. Bovendien is hij bij iedere nieuwe ronde in een ‘gekke bui’ en geeft hij nog een paar andere combinaties waarmee je kans maakt op een prijs.

Mijn dochter is inmiddels van de schrik bekomen en samen lopen we naar voren om haar bingo te laten controleren. Bingoman reikt zijn hand uit om het kaartje aan te nemen, dochterlief steekt de hare uit om de felicitaties in ontvangst te nemen. ‘Hoho!’ lacht Bingoman, ‘zo makkelijk gaat dat niet! Eerst maar eens kijken of je écht gewonnen hebt.’

Bijna Bingo - creatief met taalWinnen. Daar gaat het natuurlijk om. Ook al roept men dat meedoen belangrijker is, iedereen heeft zijn favoriete prijs al lang gekozen. Onder andere een elektrische koelbox, een inklapbare picknicktafel, een kubb-spel en een airfryer zijn boven op elkaar gestapeld. Maar die hoef ik allemaal niet: er ligt ook een No Fear skateboard bij. Dáár ga ik voor!

Dochterlief maakt voorlopig echter meer kans op een prijs dan ik. ‘En, wat denk je?’ vraagt Bingoman haar met schitterende ogen. ‘Zou je een goede bingo hebben?’ Bijna angstig kijkt ze van hem naar mij en weer terug. Ze zegt niets en bijt op haar onderlip. ‘Natúúrlijk heb je een goede bingo! Ga maar gauw wat uitzoeken bij de kinderprijzentafel!’

Oh ja. Die mooie prijzen (dat skateboard!) win je alleen met een volle kaart. Alle andere prijzen, die dingen die je vaak niet eens wílt hebben, zijn voor als je een rijtje getallen hebt weggestreept. Volwassenen kunnen kiezen uit regenmeters, deurmatten, waxinelichtjehouders en goedkope Caneiwijn. Voor kinderen is er een aparte tafel, waar bergen prijzen uitgestald staan. Daar gaan wij nu naar toe.

Glunderend laat mijn meisje haar ogen over al het speelgoed glijden. Ze ziet spinners, stiften, stempels, vliegers, beachballsets, namaaklego, autootjes en stuiterballen. Ik zie vooral de verouderde, vergeelde en beschadigde verpakkingen, duidelijk de goedkoopste restanten uit de speelgoedwinkel. Hoe vaak zou dat spul al uitgestald en weer ingepakt zijn? Hoeveel kinderen hebben er desalniettemin verlekkerd naar staan kijken? Ze moet nu wel kiezen, de hele zaal wacht op ons.

Bingo - Creatief met taal

Voor de laatste ronde begint, pakt Bingoman er nog een paar superprijzen bij. Wie geen koelbox of picknickset blieft, maakt nu kans op een VR-bril, een bellenblaastafel of een eierkoker. Wat een prijzen! Als de superprijs eruit is (de airfryer), spelen we nog even door voor een paar ‘pechprijzen’: van die typische rode begraafplaatskaarsjes. Als je díe wint, heb je pas pech.

Mijn dochter en ik horen gelukkig niet bij die categorie. Het skateboard wordt dan wel weer ingepakt tot de volgende bingoavond, mijn meisje loopt terug naar de tent met een doos strijkkralen onder haar arm. De lichtjes in haar ogen schitteren nog eens extra als ze naar me opkijkt: ‘Mama, ik heb een prijs en het is zo laat dat al donker is. Ik ben écht een bofkont!’

Eén reactie

Plaats een reactie