Lopen naar leeftijd

‘Het gaat me niet snel genoeg, ik word oud,’ antwoordt mijn vader wanneer ik hem vraag hoe het gaat. ‘Mijn eerste twintig kilometer liep ik binnen drie uur, maar over de tweede twintig deed ik langer.’ Hij wandelt vandaag de Kennedymars Fryslân (80 kilometer), ik de slotdag van de Zwolse 4daagse (20 kilometer) en we bellen even om te kijken hoe het loopt.

Aan wiens hand ik mijn eerste stapjes zette zou ik niet weten, maar het was mijn vader die me écht heeft leren lopen. Dat duurde overigens wel even, want toen we in mijn puberteit tijdens de zomervakanties door de bergen, bossen en wouden van Polen en Tsjechië liepen, klaagde ik steen en been. Die WW’s (Walgelijke Wandelingen) sloegen nergens op: je begon en eindigde op dezelfde plek en onderweg zag je alleen maar bomen. Hoe kon dat nou léúk zijn?

IMG_5844Toch maakten mijn vaders verhalen over zijn wandelingen me nieuwsgierig, dus liep ik op mijn tweeëntwintigste mijn eerste Nijmeegse 4daagse mee. Toen was ik om. Grotendeels tenminste, want het wandelen op zich vond in nog steeds niet zo boeiend, maar de sfeer en de gezelligheid eromheen bleken de moeite van het lopen absoluut  waard.

Meer 4daagses volgden, trainingstochten, een Kennedymars en dit jaar voor het eerst de Elfstedentocht. Een groot deel van die wandelingen maakte ik samen met mijn vader. Vandaag lopen we dus los van elkaar en hij duidelijk ontevreden over zijn tempo. Ik loop zo’n 6,5 kilometer per uur, behoorlijk minder snel dan hij, en vraag me hardop af hoe het dan met mij zit. Als hij zich met een gemiddelde van bijna 7 kilometer per uur ‘oud’ noemt, wat ben ík dan? Mijn excuses – verkeerslichten en langzamere lopers voor me – worden weggewuifd. Ik moet niet zeuren, maar doorlopen.

Dat doe ik dus. Ik zet flink aan, tot ruim 7 kilometer per uur, want anders ben ik nooit binnen drie uur binnen. Gelukkig is wandelen, op welk tempo dan ook, altijd langzaam genoeg om om je heen te kijken en je te verwonderen over al het moois dat je onderweg tegenkomt. Vandaag zie ik prachtige huizen met gigantische tuinen vol kleurige bloemen, woonboten in alle soorten en maten, loop ik dwars door een maisveld en hoor ik vogels die fluiten en kwetteren alsof hun leven ervan afhangt. Heerlijk!

FullSizeRender

De laatste kilometers moet ik nog stevig doorlopen. Ik ben mijn vaders uitdaging aangegaan en ben vastbesloten te laten zien wat ik kan. Met grote passen haal ik andere wandelaars in en vlieg ik langs de Zwolse grachten. Bij de finish aangekomen kijken mensen me verwonderd aan: is ze nú al terug? Mijn app laat me echter zien dat de route iets korter was. Ik heb 19 kilometer afgelegd binnen drie uur, maar omgerekend zou ik over 20 kilometer drie uur en zevenentwintig seconden doen. Niet snel genoeg.

IMG_5974Mijn vader is wat langer onderweg, maar meldt aan het eind van de middag dat hij als zesde loper binnen was. Hoewel hij zeventien uur had om de tachtig kilometer af te leggen, duurde zijn Kennedymars slechts elf uur en drieënveertig minuten. Ik geef me gewonnen. De ‘oude’ dochter verliest vandaag van haar ‘jonge’ vader.

 

Eén reactie

Plaats een reactie