Met ingespannen gezicht draait mijn oudste dochter aan het wiel van de drukpers. Een grote glimlach verschijnt op haar lippen als ze even later het papier van de metalen plaat met inkt tilt. Haar monoprint is nog mooier geworden dan ze al hoopte. In niets is nog het meisje te herkennen dat zich aan het begin van de workshop voorstelde met haar naam en de aanvulling: ‘En ik heb hier geen zin in.’
Ik heb ons drieën ingeschreven voor een ochtend in de grafiekwerkplaats van het culturele centrum in onze stad. ‘Maar wat gaan we dan dóén?’ wilden de meiden vooraf weten. Ik kon het ze niet zeggen. Iets met inkt en grafische technieken, maar aan die boodschap hadden ze helemaal niets. Het kostte me dan ook moeite om ze vanmorgen op de fiets te krijgen.
Nu we één keer aan het werk zijn, blijkt de workshop een schot in de roos. Hij is klein opgezet, er zijn maar acht deelnemers, en de leidster heeft alle tijd voor ons. We schetsen figuren op papier en snijden ze uit. De oudste dochter begint met harten, de jongste tekent honden en ik concentreer me op blaadjes en een vogel. Af en toe zegt iemand wat (‘Pfff… Hartjes snijden is moeilijk!’), maar er wordt vooral heel hard gewerkt.
Het leukste moment breekt aan wanneer we mogen drukken. De meiden zijn er eerder aan toe dan ik en ik kom graag bij ze kijken. Geconcentreerd rollen ze de gekozen inktkleur op een metalen plaat. Daarna schikken ze hun zelfgemaakte sjablonen en negatieven erop. Ze leggen het geheel met een vel papier eroverheen op de drukpers en draaien aan het wiel, nieuwsgierig naar het resultaat. Dat is elke keer weer anders, maar het blijkt steeds een aangename verrassing. ‘Kijk déze dan, mama!’ verzuchten de meiden bij elke print.
Ik vind het heerlijk om hier bezig te zijn. De inkt ruikt lekker en mijn vogels worden mooi, maar het is vooral fijn om de meiden zo enthousiast te zien. De oudste kletst en straalt, de jongste is meer een stille genieter. Toch is ook het plezier van haar gezicht af te lezen wanneer ze de inkt uitrolt of aan het wiel van de drukpers draait.
Als het eind van de ochtend nadert, zijn ze nog lang niet klaar. De jongste heeft een herfsttafereeltje getekend en wil dat graag door de pers halen, haar zus wil haar naam nog in twee kleuren drukken. Gelukkig is de workshopleidster geduldig en mogen de meiden hun prints afmaken. Als die uiteindelijk in het droogrek liggen, nemen we afscheid. ‘Het was superleuk!’ glundert de oudste. ‘Mogen we volgende keer weer meedoen?’


