Caviadeeg

Er liggen vijfentwintig cavia’s in de oven. Als je goed kijkt, zou je kunnen denken dat ze een huidziekte hebben, maar in de praktijk valt dat mee. Het komt doordat de bloem op was en ik me verder behelpen moest met volkoren tarwemeel, dat is nu eenmaal wat grover van structuur.

Eigenlijk ben ik helemaal geen goede koekenbakker. Meestal laat ik dat werk aan mijn dochters over, bij voorkeur op een regenachtige dag in het weekend. Zij zitten dan aan tafel met grote ballen deeg en een nog grotere stapel steekvormpjes. Sterren, eenhoorns, letters, poppetjes en hartjes, de keuze is groot.

Vandaag zijn de meiden echter bij hun vader, dus moet ik zelf aan de slag. Nou ja, ‘moet’… Ik heb genoeg koek, chips en chocolade in huis, dus bakken is niet nodig, maar verse zandkoekjes zijn natuurlijk wél lekker. Bovendien kunnen ze goed bij de thee die ik vanmiddag met een vriend ga drinken.

En dus heb ik deeg gekneed (en ervan gesnoept). Ik heb het laten rusten in de koelkast en daarna uitgerold op het aanrecht (en toen heb ik nog meer gesnoept). Ik heb één vormpje gekozen en heel veel cavia’s uitgestoken (en nog veel meer deeg gesnoept).

Nu ligt de eerste lading cavia’s in de oven. Een tweede gevulde bakplaat ligt te wachten om erachteraan te gaan. Een heerlijke verse-koekjes-geur verspreidt zich door het huis. Nog even, dan kan ik mijn eerste cavia’s proeven. De grote vraag is alleen of ik dat nog wil, want eigenlijk zit ik al vol van het caviadeeg.

2 reacties

Plaats een reactie