Het lerarenalfabet

Acht uur gaat op school de eerste bel
al vermaakt de docent zich in de lerarenkamer ook best wel
Bevend van angst begint hij zijn lessen
tot zijn opluchting zijn de oplettenden nog met hun zessen
Chaotische tijden en een hoop kabaal
overleven moet een leraar het allemaal
Dan ziet hij toch nog een lichtpunt
wanneer blijkt dat zelfs hem koffiepauze is gegund
Even zitten, even rusten zonder kinderen
die hem constant jennen, pesten en hinderen
Fantaserend over betere tijden
kleurige vlinders, koeien grazend in de weide
Geniet elke leraar van dat korte kwartier
lekker rusten in die zwijnenstal hier
Helaas gaat de tijd op zulke momenten erg snel
ook nu is dat het geval, zo meldt de bel
In elkaar gedoken en volledig buiten zijn sas
staat de leraar doodsbang voor zijn klas
Ja, het zijn vele benauwde uren
die een man als deze krijgt te verduren
Krachtige woorden en lieve leerlingen kan hij vergeten
wanneer hij voor de klas staat te fluisteren en te zweten
Lachend wordt hij in de zeik genomen
zou hij er ooit nog eens aan ontkomen?
Meneer zou het willen, zijn wens is het grootst
dat zijn scholieren zouden zitten als een keurig netjes kroost
Net als je leest in geschiedenisboeken
maar die tijden zijn erg ver te zoeken
Over vijf minuten, denkt zo’n man tegenwoordig blij
is het lunchpauze, ook voor mij!
Pauzes zijn echt heilig voor iedere leraar
hij is even verlost van het pubergevaar
Qua uitstraling en humeur is zo’n man dan ook op zijn best
tot ook deze pauze zal worden verpest
Radeloos trekt de leraar over de gangen
omgeven door pestende pubergezangen
Straks moet hij voor de klas weer les gaan geven
en – kan dat? – nog meer bange uren gaan beleven
Tevergeefs wil de man nog eenmaal proberen
zijn leerlingen iets zinnigs aan te leren
Uiteraard wordt het niets, dat zal wel zo blijven
en let er niemand op zijn leerzame schrijven
Verdrietig wacht hij tot de bel zal vertellen
dat hij naar een nieuw lokaal schreeuwende pubers moet snellen
Weer zal niemand iets leren van de arme docent
wiens naam hoogtuit de helft van de leerlingen kent
Xenofoben zijn het echt allemaal
en hij is de vreemde, het is een bekend verhaal
Yes, denkt hij verheugd bij het laatste belgeluid
de dag is voorbij, de school is nu uit
Zacht slaapt de zielenpoot met heerlijke dromen
niet denkend aan alle schooldagen die nog moeten komen…

Op mijn veertiende, in 1998, schreef ik twee alfabetgedichten die in De Lemniscaatkrant van uitgeverij Lemniscaat zijn verschenen. Toen wist ik nog niet dat ik van leerling zou evolueren tot docent, maar ik had al verrassend goed door hoe mijn toekomst eruit zou (kunnen) zien.

Klik hier om ook Het leerlingenalfabet te lezen.

2 reacties

Plaats een reactie