…maar je moet wel zelf de slingers ophangen

Het leven is een feestje, zeggen ze. Zeker als papa jarig is, horen daar ballonnen bij. En vlaggetjes. Taart. Dat we niet thuis zijn, maar op bezoek bij mijn zus en zwager in Spanje, is geen excuus.

Terwijl mijn man verplicht uitslaapt, zijn de meisjes en ik dan ook druk met de versiering in de weer. Drukker nog dan verwacht, want wanneer we de vlaggetjes uit de verpakking halen, blijkt dat we een lang lint en een stapel papieren driehoekjes hebben gekocht: we moeten onze slinger zelf rijgen.

Vanwege de kat en de drie honden die hier rondlopen, lijkt het me goed de ballonnen hoog op te hangen. Grote vraag: waarmee? Hoe ik ook zoek, er is geen stukje lint of touw te vinden. Van een plastic tasje, dat je hier nog wél bij elke losse boodschap krijgt, scheur ik uiteindelijk lange stroken waar ik de ballonnen aan vastknoop. Zo. Weer een stap verder.

We pakken het cadeautje, een niet al te mooi Spaans keukenschort, in met het kerstpapier dat de oudste dochter voor deze gelegenheid heeft uitgezocht. Het bakken van de taart (‘Nooit een supermarkttaart kopen in Spanje!’ waarschuwde zusterliefde meerdere keren, ‘die zijn niet te eten!’) stellen we nog even uit, eerst gaan we op pad. Het regent al de hele dag, maar we zijn hier immers op vakantie, dus zullen we ons ook als toeristen gedragen.

Aan het eind van de middag overhandigen de meisjes hun cadeau trots aan papa. Daarna gaan we boterkoek bakken, mét schort. Niet veel later vinden de meisjes een slinger terug die tussen de feestversiering was zoekgeraakt. Eerst vouw ik alle blaadjes uit elkaar, daarna mag mijn man hem zelf ophangen. Zelfs als ik op de leuning van de bank sta, kan ik niet bij het plafond en het is ten slotte zíjn feestje.

De meisjes verheugen zich op de avond; na het eten mogen ze taart én ijs! Jammer genoeg zijn we vergeten hoe lang boterkoek moet afkoelen en blijkt de lauwe koek na het uitblazen van de kaarsjes niet eens fatsoenlijk te snijden, laat staan te eten. Morgen dan maar. Gelukkig smaken de ijsjes wel.

Het feestje was gisteren, ‘morgen’ is vandaag. De boterkoek is afgekoeld, maar de meisjes willen geen taart. Ze zijn ziek, allebei. Ze hebben koorts en zijn met hun rode wangen niet van de bank af te slaan. Langs de fruitbomen in de tuin van mijn zus kijk ik naar de Middellandse Zee, nog geen vijf kilometer verderop. Ik ben blij dat we de slingers nog niet hebben opgeruimd, al zou ik niet weten hoe we van vandaag een feestje moeten maken.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s