Drie pootjes

Mijn schoonzus is gek op mijn broer, maar ze houdt minstens zoveel van haar katten, Bragi en Freyja. Ze zijn samen de hele wereld over gegaan: Sarah kreeg ze toen ze studeerde in Indianapolis, daarna verhuisden ze naar Amsterdam, Parijs, Berlijn, Brussel en Rotterdam. Nu logeren Bragi en Freyja bij mijn ouders in Fryslân. Dat vraagt nogal wat flexibiliteit.

FreyjaVroeger, toen wij zelf nog een kat hadden, waren mijn ouders heel duidelijk. Overdag mocht Tefka best in de kamer komen, mits er iemand bij was, ’s nachts werd ze onherroepelijk naar buiten gestuurd. Behalve in de winter misschien, als het écht hard vroor, dan mocht ze uit coulance in de garage blijven. Dat Tefka boven zou komen, was uitgesloten. ‘Dan breek ik één van haar poten,’ voorspelde mijn vader.

Toen Jeljer en Sarah een vakantie planden en vroegen of Bragi en Freyja bij mijn ouders mochten logeren, stelden die dan ook zonder morren de garage ter beschikking. ‘Nou…’ begon mijn broer, inmiddels op één lijn met zijn vriendin, ‘we hadden toch iets huiselijkers voor ze in gedachten.’

BragiEn dus toverden mijn ouders de grootste logeerkamer van het huis om tot kattenparadijs. Mijn vader haalde het bed uit elkaar, want mijn moeder wil geen kattennagels in de boxspring. De matras kwam echter weer op dezelfde plaats op de vloer te liggen, want volgens Sarah liggen de katten wel erg graag in bed.

Vroeger kocht mijn moeder niks anders voor onze poes dan huismerkbrokjes en dito blikvoer. En toen Tefka na een aanrijding haar heup gebroken had, verbaasde mijn vader de dierenarts door te vragen wat het alternatief was voor een operatie. ‘Hoezo, alternatief?’ vroeg de arts. ‘Wat gebeurt er als we haar niet opereren?’ wilde mijn vader weten. ‘Want we gaan daar natuurlijk geen 800 gulden voor betalen.’

Nu heeft mijn moeder kattengras gekocht. Een hengeltje, met een pluchen muis eraan. Knuffeltjes. En dat allemaal náást al het speelgoed dat Jeljer en Sarah zelf al meegenomen hadden. Niet dat er iemand met dat spul speelt. Wanneer ik de kamer binnenkom, zit Bragi consequent verstopt in de reismand en verbergt Freyja zich achter een stoel. Huiselijk hoor.

Met Tefka is het zonder operatie overigens helemaal goed gekomen. Na enkele dagen liggen onder een dekentje in een doos – overdag in de woonkamer, ’s nachts in de garage – en met genoeg pijnstilling, begon ze voorzichtig weer te lopen. Enkele weken later was de breuk geheel genezen en rende ze weer vrolijk op al haar pootjes buiten rond.

Verderop in de straat woonden mensen met een hond, af en toe zag ik ze buiten wandelen. Het beest had een vreemd loopje en was ook niet bijster snel, maar hoe kon het ook anders? Hij had slechts drie poten. ‘Overduidelijk,’ claimde mijn vader altijd. ‘Die is één keer boven geweest.’

Freyja gaaptZolang mijn broer en schoonzus nog op vakantie zijn, genieten Bragi en Freyja van hun eigen rust. Hoewel ze af en toe in de vensterbank, op een stoel of tafeltje zitten – wat Tefka absoluut nooit mocht – leiden ze daar boven in de logeerkamer een lui, loom en langzaam leven.

Wie had gedacht dat mijn ouders, consequent als ze gewoonlijk zijn, al hun principes opzij zouden zetten voor de katten van hun schoondochter? Ik ben benieuwd of ze Bragi en Freyja straks nog wel terug willen geven. Of zouden ze voor een eigen kat gaan? Eén die wel zijn pootjes mag houden als hij eens boven komt?

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s