‘Je moest eens weten wat er nu allemaal in mijn hoofd omgaat,’ verzucht mijn oudste dochter. We staan voor de tweede keer deze middag bij de derde juwelier van de stad en ze loopt bijna vast. Kiezen ís ook hartstikke moeilijk. Wat dat betreft begrijp ik beter hoe het er nu in haar hoofd aan toe gaat dan zij denkt.
Omdat ik hartstikke trots ben op mijn meiden en hun prachtige rapporten, heb ik ze allebei een cadeautje beloofd. Voor de jongste betaalde ik de L.O.L-set die ze op Marktplaats had gezien, de oudste zegde ik een paar zilveren oorbellen toe. Vanmiddag heeft haar zusje een kinderfeestje en kan ik mooi met haar de stad in om de sieraden uit te zoeken. Maar dat valt nog niet mee.
Bij de eerste juwelier zag ze oorbellen in de vorm van kersen, vlinders en hartjes. Bij de tweede hadden ze aardbeien, bloemen en lieveheersbeestjes. En bij de derde was nóg meer aanbod. ‘Wat moet ik nou?’ vroeg mijn meisje. ‘Zo kan ik toch nooit kiezen?’
We namen pauze bij de Hema, met koffie en ranja, gevulde koek en appeltaart. ‘Nu zit mijn hoofd vol oorbellen, mam,’ merkte ze op. ‘Ik kan bijna nergens anders meer aan denken!’ Ze nam een slokje ranja. ‘Hoeveel tijd hebben we eigenlijk nog voor we mijn zusje moeten ophalen?’ Ze schrok van mijn antwoord. ‘Twintig minuten maar? Kom, dan moeten we nú terug naar de winkel!’
Gedwee liep ik achter haar aan, zij wist de juweliers inmiddels zelf wel te vinden. Met grote ogen keek ze naar de vitrines, waarin het zilver haar blinkend tegemoet schitterde. ‘Er zijn zo veel mooie oorbellen!’ We gingen elke winkel nog één keer bij langs. ‘Oké, de tweede valt af,’ besloot ze. ‘Dan hoef ik nog maar tussen twee winkels te kiezen. Maar mijn hoofd zit nu wel hartstikke vol.’
Ik begrijp haar keuzestress, zou op precies dezelfde manier door de stad kunnen lopen. Want hoewel alles er mooi uitziet, wil je natuurlijk wel de goede keuze maken. Maar wat is goed? Hoe bepaal je dat? En wat nou als je later toch spijt krijgt? Wat als…?
De tijd tikt verder en we gaan nog één keer naar de eerste juwelier. ‘Ik denk dat ik het weet,’ zegt mijn meisje. ‘Ik wil die ringetjes met vlinders eraan. Maar… ze zijn er in vijf kleuren. Welke zal ik nu nemen?’ Na enige twijfel gaat ze voor de groene, die de verkoopster mooi voor haar inpakt.
Met het cadeautje in haar hand huppelt ze even later door de regen naast me naar de auto. Alle stress is van haar schouders gevallen. ‘Ik ben zó blij, mam! Dit zijn de mooiste oorbellen die ik ooit heb gehad!’ Haar gezicht straalt vanonder haar capuchon, haar ogen glimmen. En ik glim met haar mee.
O; herkenbaar hoor ! ( en nee, dus niet van een dochter hier…hahaha )
Fijn dat ze toch zo goed geslaagd is en jij er zo mooi over schrijft !
LikeLike