Ik ben de grens amper gepasseerd als de eerste Porsche al opdoemt in mijn spiegels. Ik snap niet waar hij zo snel vandaan komt, maar ik weet meteen zeker dat ik in Duitsland ben. Mijn cruise control staat op een keurige 110 en daar blijft hij ook lekker op staan. Ik weet wel dat ik hier harder mag rijden, maar waarom zou ik het doen?
Ik ben een behoorlijk brave bestuurder. Als dochter van een politieagent rijd ik wel eens een beetje te snel, maar nooit genoeg om er een boete aan over te houden. Daarnaast heb ik geleerd rekening te houden met het brandstofverbruik: hoe lager dat is, hoe beter voor het milieu en mijn portemonnee.
Zo rijd ik dus rustig Duitsland binnen, op weg naar mijn broer en schoonzus. De Audi’s, BMW’s en Volkswagens vliegen me om de oren terwijl ik, zo moet ik toch toegeven, weinig boeiends meemaak. Het spannendste tot nu toe is de Emstunnel, met zijn gezellige groene, witte en oranje lampjes. Maar ja, ik wil wel iets méér beleven dan dat.
En dan vraag ik me ineens af hoe hard míjn auto eigenlijk kan. Mijn Skoda uit 2012 kan het verkeer dat me nu steeds inhaalt natuurlijk nooit bijhouden, maar ik heb geen idee wat wél haalbaar is. Terwijl ik me bedenk dat dit wel eens hét moment zou kunnen zijn om daar achter te komen, krullen mijn mondhoeken zich tot een grote grijns.
Ik heb er geen idee van of het echt leuk is om snel te rijden, want voorzichtig als ik ben doe ik dat dus nooit. Of het moment suprême de moeite waard is, weet ik daardoor evenmin. Dat de voorpret me al laat stralen, staat in ieder geval vast, dus daar wil ik eerst nog even van genieten. Tot Bremen laat ik de auto op de cruise control staan, zo besluit ik, maar na die stad zal ik het gas intrappen.
Vrolijk zingend rijd ik verder, tot ik me realiseer dat het langzaamaan drukker wordt op de weg. Wat nou als er straks te veel verkeer is om echt hard te rijden? Je moet het lekkerste niet altijd voor het laatst bewaren, want dan zul je zien dat het eten koud is en de honger gestild. Moet ik het niet gewoon nu proberen?
Met mijn rechtervoet duw ik het pedaal weg. Mijn auto manoeuvreer ik naar de linkerbaan, terwijl ik de meter op zie lopen. 160… 170… Bij 178 blijft hij steken en moet ik remmen, maar ik zie nog net het getal 181 op mijn dashboard. Mijn ogen worden groot. Hier had ik niet op gerekend, maar ik grijns van oor tot oor. Niet alleen kan mijn auto meer dan ik dacht, kennelijk durf ík ook meer.
Tussen Bremen en Hamburg is het rustig. Mijn gemiddelde benzineverbruik is behoorlijk gestegen sinds mijn actie van zojuist, maar ’t was wél leuk. Zal ik nog een keer? Ik voel een blije kriebel in mijn buik als ik op de bijna lege weg het gas weer intrap. Geconcentreerd kijk ik voor me, met beide handen stevig om het stuur. Ik schrik als ik het getal 192 zie staan. Serieus?! Pas als ik het pedaal loslaat, merk ik op dat mijn handpalmen zweten en dat ik met mijn tanden op mijn lip bijt.
Terwijl ik de auto rustig uit laat rollen en verder ga op de cruise control, die ik overigens wel íets naar boven bijstel, komt mijn hartslag weer langzaam tot rust. De lach op mijn gezicht blijft echter nog kilometerslang staan. Ik mag dan behoorlijk braaf zijn, af en toe uit de band springen blijkt ook best leuk te zijn.
Je durft meer dan ik ! Ik heb enkel als bijrijder in Duitsland gereden, maar heb mij diep in mijn boek verdiept om niet te hoeven zien hoe hard iedereen ( inclusief wijzelf ) reed..
LikeGeliked door 1 persoon